Direct naar artikelinhoud

Rekenkamer kraakt EU-hulp aan corrupt Oekraïne

De financiële steun van de Europese Unie aan Oekraïne in de afgelopen jaren heeft weinig uitgehaald. Wat wel resultaat opleverde, dreigt teniet te worden gedaan door de corruptie, het conflict in Oost-Oekraïne en de instabiele politieke en bestuurlijke situatie. De Europese Rekenkamer uitte woensdag in een rapport forse kritiek op het steunprogramma.

Een Oekraïense vrouw verkoopt spullen met de Oekraïense en Europese vlag erop.Beeld epa

De financiële bijstand van de EU bedroeg van 2007 tot 2015 1,6 miljard euro. Daarnaast ontving Oekraïne 3,4 miljard euro aan leningen. De bijstand was onder meer bedoeld voor verbetering van de overheidsfinanciën, corruptiebestrijding en de gassector.

Oekraïne wordt nog altijd als het corrupste land van Europa gezien, en of de corruptiebestrijding resultaat oplevert 'valt nog te bezien', schrijft de in Luxemburg gevestigde instelling. Een kleine elite bepaalt wat er in de economie, politiek en media van Oekraïne gebeurt, aldus de controleurs.

Sinds in 2014 een nieuwe regering aantrad, is wel enige vooruitgang geboekt. Het conflict in Oost-Oekraïne heeft de economische en financiële problemen echter 'zeer verergerd'.

Betere controle op uitgaven

De EU stelde in 2014 'als noodoplossing en zonder strategie' een nieuw steunpakket van 11,2 miljard euro voor zeven jaar beschikbaar. De rekenkamer doet een aantal aanbevelingen die ervoor moeten zorgen dat dat beter wordt besteed: de Europese Commissie en de buitenlanddienst van de EU moeten meer aandacht besteden aan de voorwaarden voor uitbetaling en meer nadruk leggen op het beheer van de Oekraïense overheidsfinanciën. Bovendien moeten de uitgaven beter in de gaten worden gehouden.

Nederland heeft als enige land binnen de EU het associatieverdrag tussen de EU en Oekraïne nog niet getekend. Een meerderheid sprak zich eerder dit jaar per referendum uit tegen het associatieverdrag. Premier Mark Rutte werkt nu aan een bindende verdragsbijlage waarin onder meer zou moeten worden opgenomen dat het verdrag geen opstapje is naar het EU-lidmaatschap en geen veiligheidsgaranties biedt.