Direct naar artikelinhoud
Interview

Adri Duivesteijn: 'Ik ken de diepe onzekerheid van de patiënt'

Op zijn dossier stond al 'uitbehandeld' toen een arts zei: we gaan voor u knokken. Senator Adri Duivesteijn (PvdA) stemde niet voor niets tegen het afschaffen van de vrije artsenkeuze.

Adri Duivesteijn aan het IJmeer.Beeld Joost van den Broek

Adri Duivesteijn, donderdagmiddag bij hem thuis: 'Ik heb zelf de kwetsbaarheid, de diepe onzekerheid ervaren die je als patiënt overvalt als je afhankelijk bent van één arts. Als je je niet veilig voelt bij je eigen arts, móét je de mogelijkheid hebben naar een ander te kunnen gaan. Ik weet waarover ik het heb.'

In 2006 werd bij Duivesteijn prostaatkanker geconstateerd. Hij is vier keer geopereerd, de kanker kwam terug, vijf jaar geleden kreeg hij van zijn arts in het Haagse ziekenhuis te horen dat hij uitbehandeld was. Hij kan niet meer geopereerd worden. Hij kon zijn dossier meekrijgen.

Duivesteijn: 'En ik heb ervaren hoe geweldig het is dat je dan elders een specialist vindt die zegt: we gaan er voor knokken, we leggen ons hier niet bij neer. Dat is voorbij als een eind wordt gemaakt aan de vrije artsenkeuze.'

De medicijnen die Duivesteijn in Nijmegen kreeg voorgeschreven houden nu al vijf jaar de dood op afstand. Die persoonlijke ervaring heeft een voorname rol gespeeld in de afweging dinsdagmiddag van het Eerste Kamerlid Duivesteijn om zich te verzetten tegen het wetsontwerp van minister Schippers. Hij corrigeert: 'Ik verzet me niet, ik stem tegen, dat is iets anders, ik maak gebruik van mijn recht.'

Na drie lange dagen van verwarring en hevige strijd achter de schermen lijkt de top van de PvdA zich te hebben neergelegd bij een voldongen feit: de Eerste Kamerleden Guusje ter Horst, Marijke Linthorst en Adri Duivesteijn laten zich niet vermurwen. Het principe van de vrije artsenkeuze moet overeind blijven in een nieuwe zorgwet.

Profiel

Het is niet voor het eerst dat Adri Duivesteijn van zich doet spreken. Precies een jaar geleden was er het ‘Avondje van Adri’. Toen dreigde de PvdA-senator tegen de verhuurdersheffing te stemmen. Het verzet van Duivesteijn toen was minder verrassend dan dat van nu. Hij is zijn hele leven al bezig met betere woningen voor de minder bedeelden, onder meer als wethouder van Den Haag en Almere. Met gezondheidszorg heeft Duivesteijn op het eerste oog veel minder. Behalve dan dat hij dus nu ernstig ziek is.

Er zijn kwade tongen die beweren dat Duivesteijn vooral graag in het middelpunt van de belangstelling staat. Het vaak als protserig omschreven stadhuis dat hij liet bouwen in Den Haag zou bewijzen dat hij er alles aan heeft gedaan om niet in de vergetelheid te raken. Daar staat tegenover dat zijn verzet niet van vandaag of gisteren is. Duivesteijn is zo’n politicus die zijn bezwaren wil kunnen ventileren. Dan is het niet onmogelijk om hem over te halen. Lodewijk Asscher, die ook nu verschillende ritjes ondernam naar Duivesteijns huis, bewees een jaar geleden dat het kan.

Maartje Bakker

PvdA Eerste Kamerlid Adri Duivesteijn (M) tijdens de stemming in de Eerste Kamer over de komst van een nieuwe zorgpolis in 2016.Beeld ANP

Strijdbaar en moe

Duivesteijn is strijdbaar en moe. Zijn ziekte speelt hem parten. Toch wil hij uitleggen wat hem dreef om niet te buigen voor een dreigende kabinetscrisis. Hij houdt zich schuil in zijn woning in Den Haag. Voor de deur wemelt het van camera's; onopgemerkte toegang tot zijn woning kan alleen verkregen worden via een kinderdagverblijf, een hek en een schutting in de tuin van de buurman.

In Nijmegen draait hij mee in experimentele programma's ter beteugeling van zijn kanker. 'Als jouw verzekeraar geen contract heeft met zo'n specialist kom je niet binnen. Ik durf te zeggen dat als ik in die tijd een naturapolis zou hebben gehad, dus een verzekering zonder vrije artsenkeuze, de mogelijkheid om naar Nijmegen te gaan vrijwel uitgesloten was geweest. Zo scherp ligt het.

'Op het moment waarop een ernstige ziekte zich openbaart, kom je als patiënt altijd in een doolhof terecht, hoe deskundig je misschien ook bent. Ineens ben je een afhankelijke, verkeer je in een zwakke positie. Het is dan essentieel dat je het heft in eigen handen kan nemen.'

Er is een tweede reden waarom Duivesteijn tegenstemde. Die ligt in het verkiezingsprogramma van de PvdA uit 2012. 'Daarin heeft mijn partij zich heel helder, misschien zelfs wel iets te krachtig uitgesproken tegen marktwerking in de gezondheidszorg. Letterlijk staat in het programma: 'De marktwerking in de zorg wordt beëindigd.' En ook: 'We willen dat mensen zelf meer te zeggen krijgen over de zorg.'

'Het voorstel van het kabinet zit helemaal aan de andere kant van het programma.'

Adri Duivesteijn, december 2013.Beeld Robin Utrecht/ Hollandse Hoogte

Komt dat niet doordat er een regeerakkoord tussenzit?

'Zeker, het is een regeerakkoord dat zich kenmerkt door wat ik het transactiedenken noem. Telkens is een kaart gespeeld waarbij dingen tegen elkaar worden afgeruild. Dan krijg je beleid dat of sociaal-democratisch is of liberaal, altijd een uiterste. Het behoort te gaan om het zoeken van de synthese. Als je meer markt invoert, moet je de burger meer wettelijke rechten geven. Die moet zich veilig kunnen voelen bij die wetgeving.'

In het transactiedenken is niet gezocht naar een synthese tussen twee verschillende visies.

Ik durf te zeggen dat als ik in die tijd een naturapolis zou hebben gehad, dus een verzekering zonder vrije artsenkeuze, de mogelijkheid om naar Nijmegen te gaan vrijwel uitgesloten was geweest. Zo scherp ligt het.

Dat synthese in het regeerakkoord ontbreekt, wist u toch vanaf de aanvang? Had u niet veel eerder moeten zeggen: het is mijn stijl niet, ik stap eruit?

Hij zucht. 'Ik zit in de Eerste Kamer voor de beoordeling van de vraag: is er niet een toenemend verschil aan het ontstaan, als gevolg van dat uitruilen, tussen de mensen die geld hebben en de mensen die geen geld hebben? De rechtsgelijkheid tussen patiënten is volgens mij zoek in dit kabinetsvoorstel.'

In het voorstel sluipt ongelijkheid tussen arme en rijke, tussen afhankelijke en onafhankelijke mensen. Daarmee is het een principekwestie. Maar we vinden absoluut niet dat het kabinet weg moet.

Hoelang is de fractie ermee bezig geweest?

'Zeker zes, zeven weken. Ik vind dat op een zeer goede manier is gediscussieerd. Iedereen kon weten dat er grote twijfels leefden in de fractie. Natuurlijk is gezegd dat de regering tijdig moest worden geïnformeerd. Ieder heeft uiteindelijk zonder last of ruggespraak zijn eigen afweging gemaakt. Maar dat er mensen tegen waren, kon niet verrassen.'

Waren er meer tegen dan drie?

'Ja, maar die hebben uiteindelijk gezegd: ik wil niet de consequentie aanvaarden van een eventuele crisis, en dus ben ik voor.'

Waarom accepteerde u dat risico wel?

'In het voorstel sluipt ongelijkheid tussen arme en rijke, tussen afhankelijke en onafhankelijke mensen. Daarmee is het een principekwestie. Maar we vinden absoluut niet dat het kabinet weg moet. Wij, het drietal, hebben dinsdagmiddag een uur voor de stemming aan minister Schippers voorgesteld het wetsontwerp aan te houden. We zaten bij elkaar, we zeiden: er is tijd om te zoeken naar andere modaliteiten, met behoud van de vrije artsenkeuze. Toen is naar mijn gevoel een aantal misverstanden gerezen waardoor plotseling gestemd ging worden. Ambachtelijk had het voorkomen moeten worden.'

Zijn jullie ernstig onder druk gezet?

'Er is gewoon een heel hoge druk. Ook bij jezelf. Neem je wel of niet de verantwoordelijkheid voor een hoop rotzooi? Kan je het voorkomen? Je voert dan toch allerlei gesprekken. Maar op een gegeven moment kom je erachter dat de kloof zo groot is dat je het niet kan oplossen.'

Was het prettig dat jullie met z'n drieën waren?

'Het is minder eenzaam dan wanneer je er alleen voor staat. Het blijft eenzaam.'